Gisteren weer een heerlijke avond doorgebracht met goede vrienden, fijn eten en mooie wijnen. Het zijn de momenten waar ik het meest van geniet. Een zesgangenmenu was het deze keer. Niet in mijn traditionele tapasstijl, maar een echt culinair gebeuren. CoCooking, samen met Ger (en Gonnie en Lidy als dessertchefs) bleek een geslaagd experiment. Bruscetta,roodbaars, saltimbocca, parmigianna, chocoladetaart met limoncello, aardbeien gedoopt in pure chcolade, grappa…. we waanden ons al in bijna zomerse sferen. Een echt zomers gerechtje was de mangosoep met rivierkreeftjes. En daar moest ik toch echt het recept van vastleggen. Helemaal mee eens, want hij was echt top!
Snijd een halve mango in blokjes, doe dit in een pan samen een 400 ml visbouillon, 200 ml witte wijn, twee gekneusde stengels citroengras en een stukje verse gember aan plakjes. Breng aan de kook en laat ongeveer kwartiertje zachtjes pruttelen tot de mango zacht is. Vis de citroengras en gember uit de pan en pureer het geheel met een staafmixer. Laat vervolgens tot de helft inkoken. Zet de soep een paar uurtjes in de koelkast om af te koelen.
Bak 250 gram rivierkreeftjes een paar minuten in een scheutje olijfolie. Meng dit met een handje fijngehakte platte peterselie en laat afkoelen tot kamertemperatuur. Meng een paar forse eetlepels Griekse yoghurt met een halve fijngesneden rode peper.
Deze dingen kun je allemaal van te voren doen. Wel zo makkelijk als je een zesgangendiner wilt maken en een tafel vol gasten hebt. Ik wil altijd graag meegenieten van de gesprekken aan tafel.
Deze dingen kun je allemaal van te voren doen. Wel zo makkelijk als je een zesgangendiner wilt maken en een tafel vol gasten hebt. Ik wil altijd graag meegenieten van de gesprekken aan tafel.
Meng op het laatste nog wat room en citroensap door de soep. Breng zo nodig nog verder op smaak met zout en peper. Verdeel de soep over de borden (het recept is officieel voor vier personen, maar als tussengerechtje is het ook goed te doen voor zeven personen). Schep vervolgens op elk bord een flinke lepel Griekse yoghurt en een flinke schep rivierkreeftjes. Garneer nog met wat gehakte platte peterselie. En baal dat je toch te weinig hebt gemaakt….
We zijn net terug van een weekje Toscane. Genoten van het prachtige land, de gastvrije Italianen en natuurlijk van de keuken die het dichts bij mijn hart ligt. Oké, ik had na die week wat kilootjes meer mee te dragen (ben ze gelukkig al weer kwijt), maar, wow, wat kan lekker eten toch simpel zijn. Als je maar met de goede ingrediënten werkt en met je hart kookt. Nou, dat vind ik dus niet moeilijk. Ik houd niet voor niet van lekker makkelijk lekker.
Bij de borrel – aperitivi- verwennen ze je graag met allerlei lekkere hapjes. Crostini, wat plakjes prosciutto, de lekkerste olijven, en vooruit, voor de simpele snackers, een bakje chips 😉
Ik neem als ik een feestje geef, graag een voorbeeld aan deze mooie gewoonte. Hoewel, ik heb wel de neiging me nog iets meer uit te sloven. Maar dat is omdat ik zo graag in de keuken sta.
Voor Jims feestje besloot ik heel veel verschillende crostini’s te maken. Een paar succesrecepten, zoals de crostini met aubergine en ansjovis en een crostini met gorgonzolacrème, prosciutto en zongedroogde tomaatjes. Een paar simpele bijna traditionele crostini’s, eentje met kleingesneden tastytomaatjes gekruid met fijngehakte verse basilicum en oregano en eentje met gemarineerde gegrilde paprika’s, maar de topper van de dag was een nieuw probeersel: crostini met rivierkreeftjes en kruidenpanade. Niet Italiaans maar wel superlekker.
Maak een kruidenpanade door een teentje knoflook, handvol pijnboompitten, sneetje (oud) witbrood en handje platte peterselie fijn te maken. Ik gebruik hiervoor mijn keukenmachine, maar met een staafmixer of zelfs met de hand kan natuurlijk ook. Maak smeuïg met wat olijfolie en breng op smaak met peper en zout. Meng een doosje rivierkreeftjes, met twee in dunne ringetjes gesneden bosui en een klein bekertje crème fraiche. Breng ook dit op smaak met peper en zout. Besmeer 20 dunne plakjes stokbrood met het rivierkreeftjesmengsel. Bedek de broodjes met kruidenpanade. Zet een kwartiertje in de een oven van 200 graden.
Tip: maak een dubbele hoeveelheid want ze vliegen weg. Veel te lekker. 😉
Een andere topper was de crostini met citroenroom en gerookte zalm. Meng hiervoor een klein bekertje crème fraiche met de geraspte schil van een (schoongeboende) citroen. Voeg wat citroensap toe naar smaak en heel veel vers gemalen peper. Geen zout toevoegen! De zalm is zout genoeg. Bestrijk 20 dunne plakjes stokbrood met wat olijfolie, bak deze 8 minuten in een oven van 200 graden. Laat iets afkoelen. Smeer wat citroenroom op de broodjes en leg op elk plakje een stukje gerookte zalm. Ach, lekker kan zo simpel zijn.
Als ik iets leer van topchefs is het dat proeven het verschil maakt. Vandaag had ik een borrelafspraak met Annn en net als ik is zij een ‘genieter’, dus zij is mijn ideale proever voor nieuwe hapjes.
Omdat het vandaag ook vriezer/koelkastopruimdag was, stonden de ingrediënten vast: rivierkreeftjes met knoflook (in de aanbieding deze week bij de Appie), loempiavellen, verse gember, prei, winterwortel en witte kool. Omdat loempiavellen en gember voor mij oosters zijn, stond de ’tone of taste’ vast. Oké, dat het loempiaatjes zouden worden, was dus duidelijk. Dus ik begon makkelijk: prei in fijne ringen, winterwortel in kleine blokjes en de witte kool in dunne reepjes. Let op, de groenten moeten nog wel herkenbaar zijn. In een wok wat arachideolie verhitten met een flinke lepel kerrie. Vervolgens fijngehakte gember, witte kool, en winterwortel goed aanbakken, prei kort meebakken, eetlepel rode currypasta en scheutje vissaus toevoegen en op het eind de rivierkreeftjes erbij. Tot zover leek het simpel. Maar toen ging ik proeven en het was het dus niet. Helemaal niet zelfs. Tsja, dat krijg je als je met voorgekruide ingrediënten werkt: de rivierkreeftjes waren veel te zout. Het overheerste alles.
Reddingspoging 1: ik had nog een kwart blok santen in de koelkast liggen, dit opgelost in een half kopje kokend water en even laten meepruttelen tot het meeste vocht verdampt is (het moet immers een loempiavulling worden). Dit hielp al iets maar de zoutwatersmaak van de rivierkreeftjes overheerste nog steeds. Reddingspoging 2: een forste eetlepel gemberstroop erbij. Dit begon er iets op te lijken, maar nog steeds werd ik niet echt blij. Reddingspoging 3: een halve uitgeperste citroen erbij. Tatada…. Raak! Supersmaak!
Goed, de rest is een makkie: vulling iets laten afkoelen en uitlekken in een zeef. Kleine eetlepel vulling op loempiavel, randen met water bevochtigen, dichtvouwen en bewaren onder theedoek (anders drogen ze uit). Heteluchtoven voorwarmen op 190 graden. Loempia’s op een met bakpapier bekleed bakblik leggen, bestrijken met wat olie. Kwartiertje in de oven. Klaar! Annn vond dat ik het recept op mijn blog moest zetten. Dus ze waren goedgekeurd 😉
Recente reacties