Flat Iron Steak met asperges

Flat Iron Steak met asperges

Twee weken geleden was het eindelijk weer eens tijd voor een fijne maaltijd met mijn (food)vriendinnen Mariëlle en Natascha. Marc, de man van Natascha stak voor ons de barbecue aan. ‘Ze hadden een fijn stukje sukade bij de slager gehaald’, zei Natascha.

Sukade op de barbecue? Daar had ik nog nooit van gehoord. Maar goed, een mens kan leren. Het bleek best een bekend stukje vlees te zijn. Sukade kun je namelijk ook anders snijden. Overdwars. En dan wordt het opeens een Flat Iron Steak. En echt, dat is de meest malse steak die ik ooit heb geproefd.

Goed, ik op zoek, google is mijn beste vriend, want zo’n fijn stukje vlees wilde ik ook wel in huis halen. Laat Albert Heijn het nou gewoon verkopen. Erg fijn.

Vandaag dus Flat Iron Steak op mijn menu.  Met asperges, nu het nog kan, en paddenstoelen, en dragon, en wat room, gewoon feest-eten. Lowcarb, dus nog goed voor mijn lijn ook.  En ja, dat kook ik gewoon voor mezelf alleen. Hoogste tijd dat ik weer eens wat leuke tafelontmoetingen ga organiseren, maar dat is een ander verhaal.

Goed, een recept voor één, en nog lekker makkelijk lekker ook. Het begint voor mij bij (een pondje) asperges schillen. Zelfs als Onehanded Chef lukt dat aardig. Gewoon een handigheidje: asperge plat op de plank en rondom schillen. Belangrijkste is dat je alle harde vezels kwijt bent. Truc: eerst een half uurtje in koud water leggen. Helpt echt. Daarna geschilde asperges met koud flink gezouten water opzetten. Als het water kookt, nog paar minuutjes doorkoken en dan gas uit (of inductie op 0) en 10 minuten langzaam laten nagaren. Uitlekken in een vergiet en er nog wat leuks mee doen. Ik rolde ze in een plakje spek en legde ze nog even in de oven.

Goed, Intussen steak op kamertemperatuur laten komen, champignons in plakjes snijden, dragon hakken, steak droogdeppen en kruiden met peper en zout. Boter en olie in een koekenpan goed heet laten worden en daarin de steak bakken zoals je hem het lekkerst vindt. Ik ga voor medium rare. Natuurlijk! Ik zorg voor een kerntemperatuur van 48°C. Zo’n metertje is wel handig. Zorg in ieder geval dat je de steak goed laat rusten onder wat folie. Dan loopt de temperatuur nog altijd wat op, dus houd daar rekening mee. In de tussentijd kun je dan mooi de champignons bakken in het vet van de steak. Giet het vet af en bind de saus met wat crème fraîche.  Daarna kwestie van alles op het bord (als je alleen bent) of er iets moois van maken (als je gasten hebt). Gewoon een erg lekker(makkelijklekker) maaltje! (Overigens ligt er in mijn koelkast nu nog een halve (gebakken) steak en een half pond (gekookte) asperges, daar doe ik morgen wat mee.)

 

Ciabatta met eendenborst en tonijnsaus

Ciabatta met eendenborst en tonijnsaus

Vandaag kwam mijn vriendinnetje Esther lunchen. Zij is net als ik een fan van experimenteren in de keuken. Vroeger deden we dat vaak samen. Zo hebben we jaren geleden voor een uitgebreid dinertje met vrienden een mooie variatie gemaakt op Vitello Tonnato. Het werd gerookte eendenborst met een saus van verse tonijn, rode paprika en crème fraîche. Een Anitra Tonnato dus. Helaas is het recept verloren gegaan, maar het was echt super. Een paar jaar later maakte ik van deze combi een kleine amuse, maar dan met tonijn uit blik. Ook eg lekker. Kun je hier vinden op de site.

Vandaag wilde ik wederom variëren op dit thema. Ook nu de combinatie van eend en tonijn.  Vandaag gebruikte ik echter een verse eendenborstfilet. Die bakte ik lekker in zijn eigen vet. In de oven. Langzaam. Wel zo lekker. En daarbij een citroenige tonijnsaus, het zuurtje is een fijne tegenhanger voor het zoete en vette van de eend.  Ik serveerde hem op een ciabatta. Het is immers een lunchgerechtje. Recept…

Dit heb je nodig voor 2 personen
  • 1 (tamme) eendenborstfilet
  • 60 g tonijn op olie
  • 2 ansjovisfilets
  • 2 el mayonaise
  • 2 el Griekse yoghurt
  • 1 citroen, zest en sap
  • 1 el kappertjes
  • 2 kleine ciabatta’s (of 1 grote)
  • handje veldsla
  • zout en grof gemalen peper
Zo maak je het

Maak eerst de tonijnsaus. Dan kunnen de smaken lekker intrekken. Laat hiervoor de tonijn uitlekken en doe dat in de kom van een hakmolen. Voeg de ansjovis, mayonaise, yoghurt, citroensap en citroenzest toe. Draai het geheel tot een niet te dikke saus. Roer er de kappertjes door en breng op smaak met zout en peper. Zet de saus even apart.

Laat de eendenborst op kamertemperatuur komen en snijd het vel kruislings in. Pas op dat je niet in het vlees snijdt, het gaat hier puur om het vet.

Verwarm de oven voor op 80ºC. Zet een ovenvaste koekenpan op het fornuis en laat hem goed heet worden. Leg dan de eendenborst op de velkant in de pan. Je hebt geen extra vet nodig, dat smelt vanzelf uit de eend. Bak hem een paar minuten tot het vel bruin en krokant is. Bak vervolgens de andere kant een halve minuut in het vrijgekomen vet. Draai de filet weer om (de velzijde met de velzijde naar onder). Schuif de pan in de oven en laat de filet 30 minuten zachtjes garen tot hij mooi rosé is. Haal hem uit de oven (pas op, pan is heet, ik heb al vaker mijn hand verbrand, niet fijn als je er maar eentje hebt). Laat het vlees 10 minuten rusten en snijd het vervolgens in dunne plakken.

Nu is het tijd om de broodjes te maken. Snijd de ciabatta’s open en bestrijk een helft met de tonijnsaus. Leg er wat blaadjes veldsla op en verdeel hierover de plakjes eendenborst. Tenslotte lepel je nog wat tonijnsaus over de eend en leg je de andere helft van de ciabatta dwars op het broodje. Zet en kommetje met de rest van de saus op tafel. Lekker om het brood in te dippen.

Provençaalse whiskykip van de barbecue

Provençaalse whiskykip van de barbecue

Gisteren begon de hittegolf. Mijn flatje kan die hitte niet aan, dus ben ik voor de verandering maar weer even naar Utrecht gevlucht. Fijne plek met tuin en barbecue. En natuurlijk moet er dan weer geëxperimenteerd worden. Deze keer moest er een kippetje op het vuur. En dan wel graag net even anders dan anders. Dus niet met knoflook en citroen (die maak ik al zo vaak) en ook niet de beroemde dansende kip op een blikje bier. Wel iets wat daar op geïnspireerd is. Een whiskykip. En dan geen Schotse of Ierse, wij gaan voor Provençaals. Omdat het echt zomer is.  Receptje…

Dit heb je nodig
  • 1 goede kip, bijvoorbeeld de Franse scharrelkip van AH
  • 1 el paprikapoeder
  • 3 salieblaadjes
  • flink bosje tijm
  • handvol rozemarijn
  • 1 el gedroogde oregano
  • zout en peper
  • 2 dl olijfolie
  • 100 ml whisky
  • kernthermometer
  • een leeg blikje
  • handje rookhout
Zo maak je het

Week het rookhout in wat water. Zo zorg je dat het hout straks goed gaat roken. Steek de barbecue aan, richt in met een indirecte zone en laat het vuur goed heet worden, tot zo’n 180-200ºC.

Ris de naaldjes van de rozemarijn en de blaadjes van de tijm. Snijd de salieblaadjes grof. Maak de kruiden fijn in een vijzel of hakmolen. Je mag natuurlijk ook kant-en-klare Provençaalse kruiden gebruiken, maar vers uit eigen tuin is wel zo lekker. Voeg de gedroogde oregano en paprikapoeder toe. Meng alles goed en breng op smaak met peper en zout. Voeg nu de olijfolie toe en roer om tot de marinade mooi dik en toch vloeibaar is. Wrijf de kip van binnen en buiten in met de marinade. Probeer ook wat marinade onder het vel te smeren. Voorzichtig dat je het velletje niet kapot trekt.

Verdeel het rookhout over de hete kolen. Giet de whisky in een blikje en schuif de kip over het blikje. Zo kan de whisky bij het verdampen in de kip trekken. Zet de kip op het rooster van de barbecue. Sluit de deksel en laat ongeveer een uurtje (of iets langer) roosteren tot een kerntemperatuur van 75ºC.

Zo’n kippetje heb je nog nooit geproefd.

 

 

Paella met kwartels, tuinbonen en chorizo

Paella met kwartels, tuinbonen en chorizo

Dit weekend weer gevlucht naar Utrecht. Deze keer voor de hitte, in mijn huis is het niet uit te houden. Mooi moment voor een nieuw culinair probeersel. Mijn gastvrouw is een fervent tuinierster en ze vertelde dat de tuinbonen van het land moesten. Dus als ik daar iets mee wilde maken…. Nu had ik zelf bedacht dat ik iets paella-achtigs wilde koken. Dus op zoek naar inspiratie rondom paella, tuinbonen én chorizo, want dat hoort voor mij bij paella. Als googelend kwam ik bij een recept van Onno Kleyn: Paella met kwartels en tuinbonen. Fijn, want ik wist dat mijn gastheer nog wel wat kwarteltjes in de vriezer had liggen.

Goed, lang verhaal kort, op een zonnige zaterdagmiddag zat ik dus tuinbonen te doppen. Dubbel nog wel, want dat leek mij het lekkerste. En die bonen vonden een perfecte plek in die mooie paella van Onno. Samen met de kwartels en de chorizo. Topper! En als dat doppen je wat te tijdrovend vindt, dan moet je ze maar diepvries kopen. Maar dan mis je wel het heerlijke zen-gevoel van tuinbonen doppen op een mooie lentedag.

Wat heb je nodig

(voor 3 personen)

  • 2 groentebouillonblokjes
  • 3 flinke kwartels
  • 1 goede scheut olijfolie
  • 1 ui
  • 1 rode paprika
  • een flink stuk chorizo
  • 250 g paella- of risottorijst
  • 1 tl paprikapoeder
  • 0,20 g saffraan
  • 250 g verse tuinbonen, dubbel gedopt
Zo maak je het

Dop de bonen. Blancheer ze een paar minuten en laat ze wat afkoelen. Verwijder dan de velletjes. Je hebt nu hele mooie malse felgroene boontjes. Kost wel een uurtje maar dan heb je ook wat. De echt kleine boontjes mochten van mij hun velletje houden, die waren mals van zichzelf.

Snijd de paprika in reepjes, de chorizo in blokjes en de ui in dunne ringen. Kook een liter water en los hierin de bouillonblokjes op. Halveer de kwartels in de lengte langs de ruggengraat en borstbeen en wrijf ze in met zout.

Verhit de olie in de pan en bak de kwartels rustig goudbruin. Doe de ui, paprika en chorizo erbij en bak nog 3 minuten. Haal de kwartels uit de pan en strooi er nu de rijst, paprikapoeder en saffraan in. Bak de rijst glazig. Schenk er driekwart van de bouillon bij, voeg de tuinboontjes toe, roer alles even goed door en leg tenslotte de kwartels terug in de pan. Draai het vuur laag en laat heel rustig 18 minuten koken. Niet roeren maar rijst die droog komt te liggen, terugduwen in het vocht. Giet er eventueel bouillon bij als de rijst droog kookt en gaat knetteren. Draai na die 18 minuten het vuur uit, dek af met een deksel of folie en laat 5 minuten staan. Check of de rijst gaar is. Laat anders nog even nagaren. Serveer in de paellapan. Wel zo mooi.

 

Salade met haricots verts, paprika en tomaat

Salade met haricots verts, paprika en tomaat

Vanavond komen er een paar vrouwen van het Vrouwennetwerk Arnhem Nijmegen bij mij eten. In plaats van grote bijeenkomsten, houden we het voorlopig klein. Leer je elkaar nog beter kennen ook. Confit de canard op het menu. De afgelopen dagen heb ik de eendenboutjes al voorbereid. Die hoeven alleen nog meer even in de oven voor een knapperig velletje. En vanzelfsprekend krijgen mijn gasten ook in eendenvet gebakken aardappeltjes erbij. Verder combineert confit de canard natuurlijk perfect met haricots verts, dus die komen vanavond ook op tafel. Maar dan wel met eigen twist. Wil nog wel een beetje creatief blijven. Dus heb ik een salade gemaakt van haricots verts met geroosterde paprika en gekonfijte tomaatjes. Erg lekker en best makkelijk.

Receptje …

Dit heb je nodig voor 4 personen
  • 400 g haricots verts
  • 200 g kerstomaatjes
  • 1 grote rode paprika
  • 1 lente-ui
  • 2 el kappertjes
  • 2 el citroensap
  • olijfolie
  • 1 el provençaalse kruiden
  • versgemalen peper en zout
Zo maak je het

Verhit de oven op 180ºC. Halveer de paprka, verwijder de zaadlijsten en leg de helften met het vel naar boven op een bakplaat. Sprenkel er wat olijfolie over en laat ze een half uurtje grillen in de oven, tot de paprika zwarte blaren krijgt. Haal uit de oven, doe in een plastic zakje, en laat minstens een uurtje afkoelen in de koelkast.

Verlaag de temperatuur van de oven naar 120ºC. Halveer de tomaatjes, leg ze in een ovenschaaltje met het snijvlak naar boven. Besprenkel met olijfolie, provençaalse kruiden en wat zout. Laat ze een uurtje konfijten tot ze zacht zijn. Dek het schaaltje af met folie en zet ook even weg. Dit heb ik allebei de dag van tevoren al gedaan. Wel zo makkelijk en gisteren was het toch echt weer om te koken.

Kook de boontjes even kort. Echt kort, ze moeten een beetje knapperig blijven. Verwijder het vel van de paprika. Dat gaat dus heel makkelijk als je de paprika geblakerd en gekoeld hebt. Snijd de paprika in dunne reepjes en meng ze met de (afgekoelde) boontjes. Leg de groenten op een mooie schaal en verdeel dan de tomaatjes over de salade. Snijd de lente-ui in ringetjes en verdeel dit ook over de groenten. Maak een dressing van citroensap, olijfolie, kappertjes, peper en zout en sprenkel dit over de bonensalade. Niet alleen lekker bij de eendenboutjes maar ook bijvoorbeeld fijn voer voor een picknick.